Waarom afvallen tijdens de overgang (bijna) altijd lastiger is

De zomer komt eraan. En daarmee ook die onvermijdelijke gedachte: ik zou toch wat kilo’s kwijt willen raken. Veel vrouwen van 40+ die bij mij komen, zeggen het schoorvoetend, vaak met een vleugje frustratie: “Ik eet helemaal niet eens zo veel anders dan vroeger. En tóch kom ik aan.” 

Herkenbaar? Je bent niet de enige. 

Want zodra je richting de overgang gaat, verandert er iets fundamenteels in je lichaam. Afvallen wordt moeilijker. Niet omdat je geen wilskracht hebt. Maar omdat de fysiologie zich tegen je lijkt te keren. 

Dat heeft niets met falen te maken. Het is je biologie en je fysiologie. Die verandert omdat er iets fundamenteels verandert in je lijf. Je hoeft niet meer ‘ingericht’ te zijn op kinderen krijgen (en groot brengen). En als je dit begrijpt, kun je betere of andere keuzes maken. 

In deze blog leg ik je uit waarom afvallen tijdens de overgang zo’n frustrerende uitdaging kan zijn. Niet met snelle dieet adviezen of clichés, maar met een wetenschappelijke blik op hoe jouw lichaam écht werkt in deze levensfase. 

Ik geef je in deze blog 5 verklaringen die je waarschijnlijk nog niet eerder zo helder hebt gehoord. 

En aan het eind? Geen standaardtips, maar 3 simpele en doeltreffende manierenom jouw lijf beter te ondersteunen. Zónder jezelf uit te hongeren.

Maar eerst even dit: 

De moderne mens anno nu - jij dus - is biologisch gezien bijna exact hetzelfde als de mens uit de prehistorie. Wij verschillen niet zoveel van de mensen uit de prehistorie. De mens uit de prehistorie is niet wezenlijk geëvolueerd als je kijkt naar de fysiologische processen van de grote regelsystemen in ons lichaam.

Ons lichaam en dan vooral de systemen in ons lichaam, zijn ingericht op de tijd van de prehistorie en daar kan ons lichaam perfect mee omgaan en dus goed functioneren. En deze systemen zijn anno 2025 niet of nauwelijks veranderd en dat is soms lastig.

Oké dat gezegd hebbende, terug naar het afvallen…..

Laten we eens kijken wat er écht speelt.

Waarom is afvallen tijdens de overgang (bijna) altijd lastiger??

Het is een lange blog….. Dus pak een kop koffie en ga er even voor zitten.

1. Je lijf heeft minder energie nodig. Maar je eet nog steeds hetzelfde.

Vanaf je 35e begint je ruststofwisseling – de hoeveelheid energie die je lichaam in rust verbruikt – langzaam te dalen. Elk decennium zo’n 2 – 5 %. Tegen de tijd dat je in de overgang zit, heb je dus structureel minder energie nodig dan in je twintiger jaren.

Maar je eetgewoontes zijn vaak hetzelfde gebleven. Niet omdat je ‘fout’ eet, maar simpelweg uit gewoonte. Je hebt je eetpatroon niet aangepast aan wat je lichaam nu nodig heeft.

En nee…. je wordt niet dik van dat ene ijsje op een warme dag of een keer patat met mayo. Gewichtstoename is zelden het gevolg van een incidentele uitspatting. Het ontstaat meestal doordat je structureel méér energie binnenkrijgt dan je verbruikt, soms jarenlang. Niet veel te veel, maar een beetje, elke dag opnieuw. Net genoeg om het overschot langzaam op te slaan. 

En dat opslaan, dat doet je lichaam heel bewust. Onze basisinstelling is per definitie zo dat de energie die we niet gebruiken, wordt opgeslagen voor barre tijden. Zo zit ons lijf in elkaar. Vanuit de oertijd was dat een briljante strategie. Alleen tegenwoordig zijn er zelden nog barre tijden. En dus blijven die reserves – letterlijk – plakken.

Dus: Als je in de overgang komt, heeft je lichaam minder energie nodig, maar als je blijft eten alsof je 25 bent, slaat je lijf het overschot – heel efficiënt en oergezond bedoeld – op als vet.

2. Het vrouwelijke lichaam is ontworpen om vet op te slaan.

Vrouwen hebben van nature een andere stofwisseling dan mannen. Ons lichaam is erop gebouwd om energie efficiënt op te slaan. Vooral in de vorm van vet. Dat zie je ook terug in onze lichaamsvorm: borsten, dijen, heupen. En we krijgen eerder vetopslag op plekken zoals de buik. Dat is geen toeval, maar een biologisch ontwerp.

Waarom? Zodat we kinderen kunnen baren. En dat vraagt om een voorraad energie. Zolang je een regelmatige cyclus hebt, ‘rekent’ je lichaam erop dat er op enig moment een zwangerschap kan plaatsvinden. En een zwangerschap, gevolgd door borstvoeding, is energetisch gezien een enorme klus. Daarvoor heb je reserves nodig. En vet is nu eenmaal de meest efficiënte vorm van opslag.

De vrouwelijke hormonen zorgen ervoor dat dat systeem goed functioneert. Zolang die hormonale balans er is, kan je lichaam makkelijker zelf de balans bewaren tussen alle processen die te maken hebben met aan de ene kant de opslag van reserve energie en aan de andere kant het gebruiken of verbruiken van energie. 

Maar zodra die balans gaat verschuiven, zoals in de overgang het geval is, raakt dat systeem verstoord. 

De vetverdeling verandert. 
Je lichaam verandert. (de reden waarom veel vrouwen hun taille verliezen) 
De behoefte aan energie daalt (met name doordat je ouder wordt)
Maar de oer-oude neiging om op te slaan blijft. En dat maakt het lastiger om stabiel te blijven in je gewicht tijdens de overgang.

Kortom: Het vrouwelijk lichaam is van nature gebouwd om vet op te slaan als energievoorraad voor zwangerschap en borstvoeding en juist die efficiënte opslagcapaciteit maakt afvallen in de overgang – wanneer de hormonale balans verschuift – extra lastig.

3. De overgang vraagt veel energie. En dat compenseer je met eten.

De overgang is niet zomaar een hormonale verandering. Het is een volledige fysiologische herinrichting van je lijf. Die internere organisatie vraagt veel energie, zelfs als je rustig op de bank zit.Tegelijkertijd merk je dat je vaak slechter slaapt: je wordt vaker wakker, bent onrustig, last van nachtzweten of komt moeilijk in slaap. Dat komt doordat de hormonen die je slaap reguleren afnemen of schommelen. 

Daarnaast zijn het hersenhormonen die reageren op de afname/wisseling van oestrogeen waardoor er minder van deze hormonen worden aangemaakt. Serotonine bijvoorbeeld en deze veranderingen zorgen ook voor het slechtere slapen.

Die vermoeidheid zet je lichaam aan tot actie: haal energie binnen! En dus ontstaat er een hongerprikkel, vooral naar snelle brandstof zoals vet en suiker. Je eet dus niet omdat je geen ruggengraat hebt, maar omdat je hersenen via onder andere ghreline en dopamine een biologisch signaal afgeven: aanvullen graag! Je lijf vraagt letterlijk om aanvulling. En dat is evolutionair gezien volkomen logisch.

Dus samenvattend: De overgang vraagt zoveel energie en verstoort je slaap zodanig, dat je lichaam automatisch om snelle brandstof gaat vragen. Niet uit zwakte, maar vanuit een heel logisch biologisch mechanisme.

4. Hormonen beïnvloeden je stemming en maken emotie-eten waarschijnlijker

Naast energie- en slaapverstoring spelen ook je emoties een grotere rol tijdens de overgang. Dat komt omdat oestrogeen niet alleeninvloed heeft op je menstruatiecyclus, maar ook op je hersenchemie. Het reguleert onder andere serotonine, dopamine en GABA – neurotransmitters (hersenhormonen)die je stemming, stressreactie en zelfcontrole aansturen.

Als de oestrogeenbalans verstoord raakt, wordt je emotionele stabiliteit kwetsbaarder. Je bent sneller geprikkeld, somber, onrustig of gespannen. En dat vergroot de kans op emotie-eten: eten om jezelf te troosten, af te leiden of te kalmeren. Niet omdat je geen discipline hebt, maar omdat je biologische systeem vraagt om verlichting. Vooral zoet en vet eten activeren het beloningssysteem in je hersenen, waardoor je je tijdelijk beter voelt. En dus grijp je er makkelijker naar. Zeker als je hormonen uit balans zijn.

5. Zelfs de seizoenen spelen mee

Wat veel mensen niet weten, is dat ook de tijd van het jaar invloed heeft op hoe je lichaam omgaat met voeding en vetopslag. Vanuit de oertijd zijn we geprogrammeerd om in de zomer makkelijker aan te komen.  Er is dan immers voeding in overvloed. En inde winter af te vallen. 

In de zomer was er volop voedsel – fruit, noten, zaden –en daar moest je van eten, zodat je reserves opbouwde voor de magere wintermaanden. Je lichaam staat in de zomer dus automatisch meer in ‘opslaan-modus’. In de winter schakelt je lijf juist eerder over op vetverbranding. 

Dat betekent niet dat je in juli per definitie aankomt enin januari vanzelf afvalt, maar het helpt wel om te begrijpen waarom afvallen in de zomer soms zwaarder voelt dan in andere seizoenen. Je lichaam werkt gewoon nog steeds met een oeroude gebruiksaanwijzing. Je lichaam wil overleven, ook al is er tegenwoordig een supermarkt op elke straathoek.

Wat kun je dan wél doen?

Afvallen tijdens of na de overgang vraagt geen rigide dieet, maar een andere manier van eten. Afgestemd op wat je lichaam nu nodig heeft. Hier zijn drie praktische en onderbouwde adviezen. Ik kom niet met vage adviezen of oppervlakkige tips, maar met een dieper inzicht in hoe jij en je lijf samenwerken (of juist niet).

1. Eet echte maaltijden en kauw je eten

Vermijd vloeibare maaltijden zoals shakes, smoothies en sapjes. Hoe gezond ze misschien ook lijken, ze missen iets essentieels: kauwen. Kauwen activeert namelijk het verzadigingssysteem in je hersenen via je zenuwstelsel. Als je niet kauwt, mist je brein het signaal dat je gegeten hebt en blijf je sneller honger houden. Eet dus liever volwaardige maaltijden waarbij je echt moet kauwen. Je spijsvertering én je verzadiging varen er wel bij.

2. Drie volwaardige maaltijden per dag met de juiste volgorde

Voor veel vrouwen werkt het om drie stevige, voedzame maaltijden per dag te eten, zonder tussendoor te snaaien. Begin met rauwkost of groenten; dat helpt je verzadiging op gang en houdt je bloedsuikerspiegel stabiel. Daarna eet je eiwitten en gezonde vetten. En als je behoefte hebt aani ets zoets, sluit dan af met fruit of een klein toetje. Deze volgorde – die je ook terugziet in het mediterrane eetpatroon – helpt om minder vet op te slaan en je bloedsuikerspiegel stabiel te houden.

3. Zien doet eten dus kies bewust wat je in het zicht legt

Onze hersenen zijn visueel ingesteld. Wat je ziet, wil je eten. Dat is een overlevingsstrategie uit de oertijd, toen je vooral at wat je toevallig tegenkwam. Maar tegenwoordig zien we de hele dag door eten en dan vooral lekkere, zoete of vette dingen. Via tv-reclames, billboards, verpakkingen in winkels en natuurlijk social media. Je wordt er voortdurend aan herinnerd dat er (heel lekker) eten is. En dat activeert je hongercentrum of je nu echt trek hebt of niet.

Het is bijna onmogelijk om die verleiding de hele dag te weerstaan. Je brein raakt er op een gegeven moment vermoeid van en dan grijp je tóch naar iets ongezonds. En precies daarom is het zo belangrijk om thuis eenomgeving te creëren die je helpt.

Leg gezonde snacks – zoals gesneden groenten, fruit of een handje noten – in het zicht. En berg koekjes, snoepjes en chips juist op, uit het zicht. Zo hoef je thuis niet óók nog de hele dag ‘nee’ te zeggen. Je verlaagt de druk op je brein en dat helpt.

Tot slot: wees mild voor jezelf, maar neem je lichaam serieus

Als je in de overgang zit en merkt dat afvallen moeilijker gaat, dan ligt dat niet aan gebrek aan wilskracht. Het ligt aan je lichaam dat verandert. Hormonaal, metabolisch én emotioneel. En dat vraagt om een andere aanpak. Geen straf, geen streng dieet, maar begrip van wat er gebeurt én slimme aanpassingen die passen bij jouw nieuwe balans.

Wees dus mild voor jezelf. Er is niets mis met jou. Maar durf ook eerlijk te kijken naar wat je lichaam nu nodig heeft. Misschien iets minder eten dan vroeger en zeker anders eten. En vooral: keuzes maken die jouw energie, stemming en gezondheid ondersteunen.

Je hoeft het niet perfect te doen. Maar wél bewust. Zodat je niet tegen je lichaam vecht, maar mét je lichaam samenwerkt. En daar zit uiteindelijk je kracht.

Wil je nog veel meer weten over hoe jouw lichaam werkt in de overgang?

In deze blog heb ik je laten zien waarom afvallen tijdens de overgang zoveel ingewikkelder is dan vroeger in je jongere jaren. En vooral:dat het niks met falen te maken heeft. 

Maar dit is nog maar één stukje van de puzzel. 

De overgang raakt álles in je lichaam: je slaap, je stemming, je energieniveau, je spijsvertering, je brein. En juist die samenhang goed begrijpen, maakt dat je veel beter kunt reageren op wat je lichaam nodig heeft.

Daarom heb ik de Overleef De Overgang Methode (ODO-Methode) ontwikkeld.
Ik neem je stap voor stap mee in hoe je lichaam verandert tijdens de overgang én wat jij kunt doen om weer grip te krijgen op je klachten. Je krijgt alle betrouwbare kennis die je nodig hebt én praktische tools om jouw eigen recept samen te stellen.

Zodat je niet meer hoeft te overleven, maar weer kunt léven. Met vertrouwen, energie en regie.

👉 Lees hier meer over de cursus of meld je meteen aan voor €77 (incl. btw).
Je krijgt direct toegang tot alle modules en tools en kunt vandaag nog beginnen.

Wil je liever persoonlijke begeleiding in plaats van (of naast) de online methode?

Ik begeleid vrouwen ook één-op-één zodat we samen kunnen kijken wat jouw lichaam en leven nodig hebben om weer in balans te komen. Lees meer hierover >